Smouter, W., Herstelwerk
Saturday 25 August 2007

Image

In het beleidsplan van de Protestantse Wijkgemeente Stadsdennen staat dat zij zich beweegt op het kruispunt van confessionele beleving en evangelische inspiratie. Dat deed mij grijpen naar het boekje ‘Herstelwerk. De Geest werkt van schepping tot voleinding' van ds. Willem Smouter (Zoetermeer 2006). In dit boekje wil Smouter (Nederlands Gereformeerd predikant) een bijdrage leveren aan het broodnodige gesprek tussen gereformeerde en evangelische christenen. Hij vindt zichzelf niet zo spiritueel en bovendien goed gereformeerd. Niettemin heeft hij in charismatische kringen veel leren verwachten van het Heilige Geest en had nooit van zichzelf gedacht, dat hij nog eens een boek zou schrijven over de gaven van de Geest. Onder het kopje ‘Credits' vermeldt hij, dat hij veel te danken heeft aan de vernieuwingsbeweging New Wine waarvan hij mede-bestuurslid is. Bij de bespreking hieronder wordt tussen haakjes naar de desbetreffende pagina's in het boek verwezen.

Allereerst wat algemene opmerkingen. De schrijfstijl is gemakkelijk en openhartig. "Smouter praat zich een beetje door het boek heen" hoorde ik iemand zeggen. Hoewel hij een goed theologisch niveau heeft, schroomt hij niet om zich in exegetische of dogmahistorische kwesties te beroepen op de deskundigen (81, 88). Uit de manier van brengen en de voorbeelden die genoemd worden, blijkt steeds weer dat er een predikant aan het woord is. Soms is het taalgebruik wat onparlementair en de benadering wat erg direct. Je weet dan echter wel ineens waar je aan toe ben: "Aan de manier waarop ik dit schrijf, merkt u dat ik er ook een beetje kregel van word als mensen zeggen..." (97). De waarde van het boek is vooral gelegen in de manier waarop de auteur is omgegaan (en klaargekomen) met zijn gereformeerde achtergrond en de evangelische invloeden die hij in de loop van de tijd onderging. Hij heeft het boek geschreven als ‘achtergrond en verantwoording' (146). Dit maakt wel dat het een doorleefd verhaal is geworden waarin velen zich zullen herkennen.

Smouter benadrukt dat de Heilige Geest zich niet slechts manifesteert na Pinksteren, maar werkt van schepping tot voleinding. Dat is een gezond theologisch standpunt. Hij vat dat als volgt samen: "Wat onze God bedoelde bij de schepping, wat hij herstelde in Jezus, en zal voltooien bij de wederkomst, dat wil Gods Geest in ons werken en versterken." (11). Vandaar de titel van het boek: Herstelwerk. De titel geeft ook aan dat Smouters verborgen theologische vooronderstelling die is van het restauratiedenken. Er is echter ook een ander denken nl. het elevatiedenken. Daarin gaat het niet om ‘herstel' maar om ‘verheffing' zoals bijv. in de procestheologie. Ook in dat denken speelt de Heilige Geest de cruciale rol. Blijkbaar ligt deze problematiek buiten Smouters horizon. Met een aansprekende exegese van Lukas 4 (Jezus in de synagoge van Nazareth), ondersteund door schematische voorstellingen, legt Smouter uit dat we ‘tussen de tijden' leven (25, 34). Het heil is gekomen maar het oordeel is uitgesteld. Dat is correct en geheel volgens de leer. Dit ‘genadig uitstel' wordt in de theologie aangeduid met ‘Gnadenfrist'. Er is een ‘nu reeds' en een ‘nog niet'. In de tussentijd geeft de Geest ons een ‘voorschot' op de volmaaktheid die komt. In dit kader verricht Smouter enig lexicologisch onderzoek: ‘onderpand', ‘eersteling', ‘nieuwe schepping' etc. Hij weigert principieel onderscheid te maken tussen natuur en bovennatuur. De Geest maakt ons niet geestelijker, maar méér mens. Daar heeft Smouter een belangrijk punt. Het is inderdaad zo, dat de genade (werking van de Geest) onze natuur niet vernietigt, maar vervolmaakt! Zo reeds Thomas van Aquino: "Gratia non tollit naturam, sed perficit." Dit is de grote fout die in de Pinksterbeweging altijd weer gemaakt wordt en die tot grote (psychische) problemen kan leiden. Voorts verzet Smouter zich tegen de gedachte, dat de opzienbarende manifestaties van de Geest uit de begintijd van het Christendom op een gegeven moment zouden zijn opgehouden, alsof er nu geen ‘wonderen' meer kunnen gebeuren. Heel treffend noemt hij dit soort theologie ‘streeptheologie'.[1] Het is echter jammer dat hij op dit punt een stuk vertaalwerk (hermeneutiek) achterwege laat. Hij benadrukt door zijn boek heen onvoldoende (eigenlijk helemaal niet!), dat de manifestaties van de Geest tijd- en cultuurgebonden zijn. De Geest wil in onze tijd van andere gaven en mogelijkheden gebruik maken dan in de bijbelse tijd om tekenen van het Rijk op te richten. Het is te gemakkelijk en ook ontoereikend om de gavencatalogi (I Kor. 12:28vv.; Efese 4:11) uit het Nieuwe Testament zomaar over te plaatsen naar onze tijd en samenleving. Daarin herkennen we bij Smouter het evangelikale (méér dan het gereformeerde). Het is kenmerkend voor veel evangelischen, dat zij alles op een ‘bijbelse' manier willen doen. Wij worden echter niet geroepen om de dingen op een ‘bijbelse' manier te doen; wij worden geroepen om het christelijk te doen. Precies dáár zit een stuk vertaalwerk tussen. Als het hierom gaat, zou dat nog wel eens het meest wezenlijke van het werk van de Geest kunnen zijn!

Al met al levert Smouter een waardevolle bijdrage aan het gesprek tussen gereformeerden en evangelischen. We vinden bij hem een gezonde spanning tussen het ‘nu reeds' en het ‘nog niet' (25v) - tussen Woord en Geest. Geen second blessing (31) met als gevolg een tweedeling tussen eersteklas en tweederangs gelovigen. Een gezonde kijk op de charismata (geestesgaven) waarin het niet gaat om 't bovennatuurlijke maar om de humaniteit (meer mens worden). Een centrale plaats voor Christus: Geen stiltecentra zonder kruis, geen spiritualiteit zonder offer, geen religie zonder Christus (40). Een Rijk-Gods-concept dat zich realiseert midden in onze werkelijkheid: tempel, tafel, thuiskomst... (God woont in ons midden; 37vv). Een evenwichtige kijk op geloof en gezondheid. Een centrale plaats voor het gebed(spastoraat) (146vv; ministry). Als je het boek uit hebt krijg je de indruk dat evangelisch toch eigenlijk goed gereformeerd is en dient te wezen - reformatorisch met een vleugje reveil! En dat is wat ook Eschbach ons al voorhield in zijn boekje ‘Nieuwe visie': Evangelisch dat is in feite protestants met de nadruk op persoonlijk geloof en vurig verlangen.

Smouter, W(illem), Herstelwerk. De Geest werkt van schepping tot voleinding, Zoetermeer 2006, 152 pagina's. ISBN-13 978 90 239 2142 4; ISBN-10 90 239 2142 9.

[1] Hoewel hij daarin niet steeds consequent is: "In dat opzicht is al ons profeteren echt van een andere categorie dan dat van de Schriftprofeten die door God gebruikt zijn voor de openbaring die de kerk als canon ontvangen heeft." (137)