spacer.png, 0 kB






spacer.png, 0 kB
preek 31 december 2009 PDF Afdrukken E-mail
Thursday 31 December 2009

Preek gehouden op oudejaarsavond 2009 in de Stadsdennenkerk te Harderwijk. De lezingen waren: I Kronieken 17:16-27 en Efese 2:4-10. De tekst was I Kronieken 17:16 "Koning David ging het heiligdom binnen, nam plaats voor de Heer en bad: Wie ben ik Here mijn God, wat is mijn familie, dat u mij zo ver hebt gebracht."

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,

We lezen niet zo vaak uit Kronieken, maar op deze oudejaarsavond is daar dan het dankgebed van David. I Kronieken 17. De profeet Nathan is bij hem geweest met een Godsspraak: David zal voor de Here geen huis ( = tempel) bouwen. Het is precies omgekeerd: God zal voor David een huis bouwen ( = een koningshuis). Dat betekent dat de davidische monarchie zal blijven bestaan tot in lengte van dagen. Dat is een geweldige belofte voor een koning: Er zal steeds een nakomeling van hem op de troon zitten. En God zal dat koningshuis van David genadig zijn. De troon van David zal vaststaan voor altijd. David gaat naar het tentheiligdom dat hij voor de Heer gebouwd had en stelt zich voor Gods aangezicht om Hem te danken.

Het dankgebed van David kan in één regel worden samengevat: Here, waaraan heb ik het verdiend! En daarmee is I Kronieken 17:16 een prachtige oudejaarsavondtekst: Wie ben ik en wat is mijn familie, dat u mij tot hiertoe hebt gebracht. En dat is u nog niet eens genoeg. U wilt mijn huis ook nog een toekomst geven.

Het is ook de samenvatting van onze gevoelens zoals we hier bij elkaar zijn op de laatste dag van het jaar. Here, waar hebben we het aan verdiend, dat u ons weer een kalenderjaar verder hebt gebracht. Er had zoveel kunnen gebeuren in 2009. Er is zoveel gebeurd in 2009. U geeft ons nog steeds het leven en middelen van bestaan. En u heeft nog veel meer met ons voor. U wilt bij ons zijn in 2010 en ons dragen van dag tot dag.

Op de oudejaarsavond vieren wij Gods genade. Wij danken God omdat we mogen bestaan in zijn geduld (Gezang 460). Dat is ook de grondstemming van Psalm 90 die we zojuist hebben gelezen. Wij vergaan door uw toorn. Nochtans, Here, zijt Gij ons een toevlucht geweest van geslacht van geslacht.

Op de moderne leesroosters heeft oudejaarsavond al in geen jaren meer een plaats. Oud en nieuw heeft geen plaats meer op de liturgische kalender. Geen kerkelijk feest, geen aanleiding om samen te komen! Toch heeft de oudejaarsavond voor mij altijd nog een heel aparte kleur. Wij vieren Gods genade. Here, U heeft ons weer tot hiertoe gebracht. Waar hebben we het aan verdiend?!

Wij zongen zojuist een mooi lied: Glorious things of thee are spoken. Het is van de Engelse predikant John Newton. De melodie is bekend van het strijkkwartet opus 76 van Joseph Haydn - vijf achtereenvolgende variaties. We kennen de melodie ook van het Duitse volkslied, de nationale hymne.

John Newton, geboren in 1725 en overleden in 1807, was bevriend met een andere dichter predikant en componist nl. William Cowper. Samen met hem schreef hij elke week een lied bij de preek. Die liederen zijn bekend geworden onder de naam Olney Hymns (1779), genoemd naar de plaats waar zij werkten - Olney in Buckinghamshire.

Bij I Kronieken 17:16,17 dichtte Newton de mooie hymne Amazing Grace. We zullen dat lied zingen na de preek. Het werd aanvankelijk niet bekend in Engeland, maar juist wel in Amerika, waar de tekst gezongen werd op een oude plantage-melodie. Elke Amerikaan kent het en het is veel en spontaan gezongen rondom het drama van nine-eleven in 2001.

Amazing Grace zingt van Gods genade. De genade waar David van spreekt in zijn dankgebed. Heer waar heb ik het aan verdiend! De genade waar Paulus over spreekt: Gods genade ons betoond in Jezus Christus. Efese 2:8 "Door genade zijn we gered... het is een geschenk van God."

Als we Amazing Grace zingen, zullen we merken dat het lied een kleine autobiografie is van John Newton. Hij heeft het over zichzelf als ‘a wretch like me', een nietsnut, een waardeloze vent. Dat maakt Gods genade zo verbazingwekkend: Amazing Grace. Hij noemt zijn eigen bekering uitzonderlijk: My case has been extra-ordinary. Slechts weinigen worden uit zo'n diepte opgehaald als waar ik in was weggezonken.

Maar wat was er dan aan de hand? John Newton had weliswaar een vrome moeder, die hem de catechismus leerde, maar toen hij de zee opging liep het verkeerd. Hij werd kapitein in de slavenhandel. Hij leidde een losbandig bestaan en werd een totale vrijbuiter en vrijdenker. Toen hij aan boord eens de Navolging van Thomas a Kempis las, nam hij zich voor om een zondaar te blijven - ook als het waar was wat hij had gelezen.

In 1748 was Newton eens op weg naar Engeland op het schip de Greyhound. Het schip kwam midden op de Atlantische Oceaan in een zware storm terecht. Newton moest helpen met pompen. Toen de nood op het hoogst werd, deed hij een gelofte aan de Here, dat hij de bijbel zou gaan lezen als hij gered werd. Als door een wonder gered, kwam het schip na vier weken in Ierland aan. Water en voedsel waren bijna op.

John Newton, de kapitein van een slavenschip hield zijn gelofte. Hij kwam tot geloof en werd tenslotte predikant. Aan hem dankt de kerk een van haar mooiste liederen. Hij werd begraven op 31 december 1807. Aan het eind van zijn leven zei hij: "My memory is almost gone, but I remember two things. That I am a great sinner and that Christ is a great Saviour."

Het is vandaag 31 december 2009 We staan een beetje stil bij alles wat er gebeurd is. Mooie dingen, moeilijke dingen, wereldomvattende zaken, kleine privé-aangelegenheden, een prachtig jaar, een beslissend jaar, een teleurstellend jaar... We hebben allemaal ons eigen verhaal. We beleven het op onze eigen manier. Maar allemaal samen mogen we zingen van Gods genade: Amazing Grace. Here, u heeft ons tot hiertoe gebracht. Here, waar hebben we het aan verdiend.

Ik ging mijn weg met veel gezwoeg
in doodsstrijd en gevaar
Genade was het die mij droeg
en veilig huiswaarts leidt

Als eens de wereld die God schiep
een duister einde vindt
ben ik, die Hij bij name riep
voor eeuwig thuis als kind

Amen.

Voor de biografie van John Newton en voor de in deze preek genoemde liederen zie: P. de Vries, Vaste Rots van mijn behoud. Vijf Engelse dichters en hun bekendste hymns, Houten 2004.

 

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
spacer.png, 0 kB