spacer.png, 0 kB






spacer.png, 0 kB
Grensverkeer maart 2005 PDF Afdrukken E-mail

Kroniek maart 2005

 

In de eerste plaats betuigen wij onze oprechte deelneming aan Leo en Anneke Steinhauzer en hun gezin bij het verlies van hun zoon Rogier op zesentwintig jarige leeftijd op 7 februari jl. Wij wensen hen veel sterkte bij het verwerken van dit grote verdriet.

 

Deze kroniek is er in de eerste plaats om de ontwikke-lingen op het gebied van de Tillichstudie nationaal en interna-tionaal te beschrijven. Ons eigen genootschap besteedde nu vier samenkomsten aan de bespreking van Robison James’ “Tillich and World Religions.” Enerzijds komt het nu tot een afsluiting van deze ronde en anderzijds gaan we er mee verder. De voorlopige afsluiting bestaat uit een inventarisatie van de vragen die wij James willen stellen. Die vragen kunnen door ons geformuleerd worden op de discussiepagina van onze website. We gebruiken daarvoor een afgeschermde pagina die toegankelijk is met een pass-word te weten ‘new being’. Als de reacties binnen zijn maken we er een verzameldocument van en zullen dan per email met Rob James in discussie gaan. We dringen erop aan dat de vragen en/of opmerkingen ook inderdaad aan-geleverd worden. Dit hoeft niet per se in het engels.

 

De doorgaande lijn ligt bij de bespreking van de Abe-tekst. Daarmee brengen we continuïteit in onze besprekingen. Wij bewegen ons op het vlak van de vergelijkende godsdienst-wetenschappen, de dialoog tussen Zen en westers denken, het Boeddhisme waar Tillich zo in geïnteresseerd was (bijv. in: Das Christentum und die Begegnung der Weltreligionen). Wij lezen een tekst over Tillich van de zenfilosoof Masao Abe.

 

Abe is een van de belangrijkste vertegenwoordigers van de zgn. Kyotoschool. Aan het begin van die school stonden Nishida (1870-1945) en Suzuki (1870-1966). Met het Myoshin-Ji-tempelcomplex als middelpunt plaatsten zij het zenboeddhisme op de filosofische wereldkaart. Mede door hun toedoen werd zen in Europa geïntroduceerd. Abe (geb. 1915) begon te studeren toen Nishida met pensioen ging. Hij heeft steeds geprobeerd om de kloof tussen het Japanse zenboeddhisme en de westerse filosofie te overbruggen. Zijn boek “Zen and Western Thought” werd in 1989 bekroond met de titel ‘Book of excellence’. Dat betekende een doorbraak voor hem. Sindsdien doceerde hij aan de universiteiten van Chicago, Hawaï, Princeton en Columbia, Harvard en Leiden (als gasthoogleraar in de winter van 1993-94).

 

De zenfilosofie van de Kyotoschool ontwikkelde zich in een constante dialoog met de westerse filosofie. Nishida, de inspirator van Abe maakte diepgaand studie van Fichte, de filo-soof van het ‘ik’. Hij nam dit ‘ik’ alleen niet over als bron van het denken (bewustzijn), maar als ‘vormloos wezen’ (absoluut niets) – het intuitief vatten van wat aan het objectiverende denken vooraf gaat. Deze idee van het vormloos zelf speelt ook een belangrijke rol in de zenfilosofie van Abe. Op zijn beurt bestudeerde Abe filosofen als Husserl en Heidegger. De fenomenologische epoche (opschorten van het oordeel / uitschakelen van alle vooronderstellingen) bracht hij in verband met het vormloos zijn. Ook zag hij verwantschap tussen Heideggers dasein en zijn eigen zijnsbeleving: “gewoon zijn, hier en nu…”

 

Aan de Kyoto-universiteit leerde Masao Abe ook Tillich kennen. In de eerste plaats door gesprekken met Shinichi Hisa-matsu, die in 1957 Harvard bezocht. Naar alle waarschijnlijkheid heeft hij Tillich ook persoonlijk ontmoet tijdens diens Japanreis in 1960. In ieder geval geeft hij er in Zen and Western Thought blijk van, dat hij goed op de hoogte is van Tillichs gedachtengoed. Ook momenteel is er in Japan nog belangstelling voor het werk van Tillich. Dat blijkt uit het feit dat Eiko Hanaoka (Kyoto) nog vorig jaar in Frankfurt een voordracht hield over Christendom en Boeddhisme op het tiende internationale Paul Tillich Symposium. Het hier geschrevene mag volstaan ter inleiding op de bespreking van de Abe-tekst. Wie meer wil weten over de Japanse hoogleraar in kimono leze bijv. het artikel van Erno Eskens, “Ik ben. Punt”. Filosofiemagazine 1997. In het bovenstaande is hieraan een en ander ontleend. Zen and Western Thought werd vertaald in het Nederlands door Boudewijn Koole: Zen en het westerse denken, Kok/Pelckmans, Kampen 1985.

 

We schrijven de kroniek verder met enkele berichten van het internationale Tillichfront. De Deutsche Paul Tillich Gesellschaft houdt haar Jahrestagung 1-3 april as. in de Evangelische Akademie Hofgeismar. Thema: “Wie viel Vernunft braucht der Glaube?” (Tillich hat die Vernünftigkeit des christlichen Glaubens immer wieder betont, ohne jedoch einer Ratio-nalisierung der Glaubenswahrheiten das Wort zu reden.)

 

De North American Paul Tillich Society hield haar annual meeting 19-21 nov. 2004. Gekozen werd tot president Matthew Lon Weaver (die we in Grensverkeer als eens ontmoet hebben vanwege zijn studies op Huntington en de clash of civilizations). Er verscheen een wintereditie met daarin o.a. een in memoriam ter nagedachtenis aan Langdon Gilkey. John Dourley schrijft over Tillich en Eckhart en Daniel J. Peterson schrijft over Tillich en Böhme.

 

Wij ontvingen tenslotte nog een nummer “Brücken bauen” van de Evangelisch-Lutherische Kirche in Georgie, waarmee de herinnering aan Gert Hummel levend blijft. De verschillende brieven zullen op de volgende samenkomst ter inzage liggen. Omdat onze samenkomst een paar weken is opgeschoven zullen we ook de andere datums moeten heroverwegen. Daarover spreken we wel op 18 maart. Tot dan!

 

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
spacer.png, 0 kB