spacer.png, 0 kB






spacer.png, 0 kB
De juiste mensen... PDF Afdrukken E-mail
Artikel index
De juiste mensen...
Pagina 2
Pagina 3
Pagina 4
Pagina 5
Pagina 6
Pagina 7
Pagina 8
Pagina 9

Gavenprojectie

Het verhaal gaat, dat Billy Graham eens deelnam aan een conferentie en meer dan 2000 evangelisten toe moest spreken. Graham's vrouw zou in een apart programma die vrouwen toespreken, die met hun man meegekomen waren. De avond daarvoor zei mrs. Graham tegen haar man, dat ze best zenuwachtig was om het woord te voeren. Toen zei Billy: "Ach, doe niet zo moeilijk. Bij jou komen er maar een paar honderd!"

Dit is een typisch voorbeeld van gaven-projectie. Graham vond het heel normaal, dat je voor een massa mensen rustig en weloverwogen je woorden kiest. Dat is toch de meest normale zaak van de wereld... Waarom zou zijn vrouw dat niet kunnen! Maar hij beging een fout. Hij projecteerde zijn eigen gaven op zijn vrouw. En dat is een grote vergissing. Mensen die een bepaalde gave of een bepaald talant in uitzonderlijke mate hebben meegekregen, hebben daar trouwens heel vaak last van. Ze kunnen het zich eenvoudig niet voorstellen, dat een ander het niet kan. Als je het mechanisme van de gavenprojectie eenmaal dóór hebt, herken je het plotseling in heel veel situaties en bij heel veel mensen. Meestal zijn wij het zelf, die de fout ingaan met gavenprojecties. Een man vertelde eens, dat hij een groot zendeling had gekend. Een inspirerend mens om een voorbeeld aan te nemen. Toen was hij zelf ook het zendingsveld opgegaan. Daar was hij echter doodongelukkig geworden. Hij functioneerde niet en er lukt niets. Eerst had hij gedacht, dat zijn geloof niet groot genoeg was. Maar niet lang daarna was hij tot het inzicht gekomen, dat hij de juiste gavencombinatie niet had. Hij had wel de gave van het evangeliseren, maar niet die van een zendeling. Die twee gaven zijn namelijk niet hetzelfde. Een zendeling vindt het prettig om zich in te leven in andere culturen, leert makkelijk talen en heeft een groot aanpassingsvermogen. Dat had de betrokkene nu precies niet. Toen hij teruggekeerd was naar zijn vaderland raakte hij betrokken bij het evangelisatie-werk. Daar beleefde hij veel genoegen aan. Dit soort dingen overkomt ons allemaal wel eens, zij het dan minder dramatisch en met minder verstrekkende gevolgen. We zien iets moois. We denken: Dat willen we ook. En als het dan niet lukt denken we: "Ik geef mezelf niet voldoende. Er is meer overgave en gebed nodig en meer vertrouwen op de Heer." Maar daar ligt het in de meeste gevallen niet aan. We doen ons best wel, maar de Here heeft iets anders met ons voor. U herinnert zich misschien nog de uitspraak van rabbi Sussja uit het vorige kerkblad: "Ik hoef Mozes niet te worden; Ik mag rabbi Sussja worden!"

Ongetwijfeld is het goed (vooral voor jonge mensen) om in het leven identificatie-figuren te hebben. We moeten er echter ook een beetje mee oppassen (vanwege de projecties). We moeten ons leven niet verdoen met het lezen van 'heiligen-levens' met de verzuchting... "Ach waren we ook maar zo." We moeten langs de weg van 'trial and error' tot onszelf komen. Dat betekent, dat de gemeente niet alleen een vindplaats is van heil, maar ook een beetje experimenteer-plaats voor gelovigen. Samen met anderen mag je jezelf in een beschermde en vertrouwde omgeving op het spoor komen. En dan is het niet zo erg als er eens iets mislukt of half afgemaakt blijft liggen. We vragen in de kerk immers niet allereerst naar de resultaten, maar naar de intenties. Tenslotte: Ik ga nu de laatste maand van mijn studieverlof in. Het verlof is in drie blokken verdeeld. Blok 1 (april): voorstudies. Blok 2 (mei): analyses reeds bestaande gavencursussen. Blok 3 (juni): uitwerking d.w.z. ontwikkeling van eigen materiaal om er in de groep en in het jaarthema mee te werken.


 

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
spacer.png, 0 kB