spacer.png, 0 kB






spacer.png, 0 kB
Grensverkeer november 2007 PDF Afdrukken E-mail
Friday 02 November 2007

Veel koeien gemolken

Ooit koos een promovendus eens één van zijn stellingen als volgt: "Ik heb veel koeien gemolken, maar de kaas is van mij." Dat laat zien, dat we niet zo oorspronkelijk zijn als we zelf waar willen hebben. Onze verdienste ligt veelal in het synthetiseren van wat anderen al vóór ons bedacht hebben.

Wat hierboven staat geldt in hoge mate ook voor Paul Tillich. Iedereen die zich met zijn werk bezighoudt, verwondert zich over de enorme synthetische kracht waarmee hij gedachtegoed van velerlei herkomst tot een systeem samensmelt. Tillich moet in zijn arbeidzame leven zeer veel gelezen hebben - niet altijd de primaire bronnen, maar ook heel vaak de secundaire literatuur. Hij kon al die kennis laten cirkelen, legde verbanden en traceerde de diverse tradities van denken in de geschiedenis van de filosofie. Heel vaak ontmoeten we in zijn werk ‘catalogi' van denkers die een zekere verwantschap met elkaar hebben. In verreweg het meeste werk laat Tillich de verantwoording in de vorm van voetnoten achterwege. Ik herinner mij alleen een voetnotenapparaat in de oorspronkelijke uitgave van ‘Religiöse Verwirklichung" uit 1926. Het kon niet uitblijven. Dat alles heeft Tillich vaak het verwijt van eclecticisme opgeleverd. Hij liet de elementaire ‘Kleinarbeit' achterwege - voor veel met name Duitse geleerden een verfoeilijke zaak. In tegenstelling tot veel van zijn collega's was Tillich een professor die het gesprek met zijn studenten en met academici van andere disciplines uitdrukkelijk zocht. In een uitzending van de Süddeutsche Rundfunk op 21 augustus 1966 spreekt Adorno over Tillichs "selbstvergessene Fähigkeit, andere Menschen auch auf sich einwirken zu lassen". Daarbij gebruikt hij een prachtig beeld: "Er war wie ein wandelndes System van Antennen." (in: Werk und Wirken Paul Tillichs. Ein Gedenkbuch, Stuttgart 1967, p. 25). Maar iemands kracht is vaak tegelijkertijd ook zijn zwakheid. Dat blijkt uit het hierna volgende voorbeeld waar Tillich de nauwgezette ‘Kleinarbeit' achterwege liet en toch eigenlijk wel tot een rare constructie komt. Ik sluit daarmee aan op de discussie die wij de laatste keer tijdens de bijeenkomst van de studiekring in Utrecht voerden rond de ontologische polariteit ‘dynamiek en vorm' (SyTh I, S. 350ff. Duitse uitg.)

Wie vroeger zijn huiswerk op school goed gemaakt heeft, weet dat Aristoteles onderscheid maakt tussen het hylèmorfisme en de entelecheia. Hylè is stof (materie) en morphè is vorm. Een vorm heeft géén afzonderlijk bestaan als buitenwereldse werkelijkheid (vgl. de ideeën bij Plato) maar is enkel reëel voor zover hij gerealiseerd is in het concrete ding (Wikipedia). Zo is er een onlosmakelijk verband tussen materie en vorm. In de entelecheia gaat het Aristoteles om de overgang van vermogen (dynamis) naar act (de graad van verwerkelijking -  zo men wil ‘volmaaktheid' - door een in- of uitwendige oorzaak). Als Thomas van Aquino God actus purus noemt dan is God niet een dode ‘uitverwerkelijkte' vorm maar de volmaakte dynamiek.

Hoe kan het nu, dat Tillich zo slordig is. Dynamiek en act horen bijeen. Hetzelfde geldt voor materie en vorm. Tillich maakt er doodleuk de oppositionele eenheid ‘dynamiek - vorm' van. Een aristotelicus rijzen de haren ervan ten berge. Ik ben al jaren geleden gestopt om mij af te vragen van wie Tillich ‘afhankelijk' is - van Schelling of Heidegger etc. en aan wie hij zijn begrippen ontleend heeft. Steeds weer kom je er achter dat het zo niet gaat. Je moet Tillich gewoon nemen voor wie hij is. Je moet zijn begrippen nemen voor wat ze zijn. Hij heeft ze aangemaakt omdat daarmee iets gezegd wil zijn. Al lezend kom je er achter wat er gezegd wil zijn. En precies daar gaat het leven. Het ging Tillich niet zozeer om de begrippen. Die worden  steeds weer anders aangemunt. Het ging hem om zijn verhaal. En het is een goed verhaal. Hij heeft veel koeien gemolken, maar de kaas is van hem.

 

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
spacer.png, 0 kB