spacer.png, 0 kB






spacer.png, 0 kB
preek 25 december 2009 PDF Afdrukken E-mail
Friday 25 December 2009

Kerstmorgendienst 25 dec. 2009 in de Stadsdennenkerk te Harderwijk. Gelezen is: Lukas 2:1-14 en Handelingen 8:4-8. De tekst is tweeledig: Lukas 2:10 en Handelingen 8:8. "Ik verkondig u grote blijdschap." "Er kwam veel blijdschap in die stad."

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,
Het is feest vandaag, Kerstfeest. En we komen met een bepaalde verwachting in de kerk: veel vrede, engeltjes en een lief klein kindje. Maar, we weten allemaal dat de vreugde van Kerst niet bestaat in de sfeer, de gezelligheid en het lekkers. Het gaat vandaag niet om het soort vrolijkheid dat we vinden op een pretpark of een carnavalsfeest. Als je daar tegenaan klopt, klinkt het van binnen vaak verdacht leeg en hol. Het gaat vandaag over de blijdschap van Kerst. Dat betekent rijkdom. Je wordt er stil van. Je bent er vol van. God is goed voor ons.

Als je Lukas leest, die ook het boek Handelingen schreef, dan kom je het woord ‘blijdschap' of ‘vreugde' al heel snel tegen. De engel komt binnen bij Maria en zegt: Ave Maria, gratia plena (Gegroet Maria, vol van genade). Dat is Latijn. Maar in het Grieks staat er ‘chaire'. Dat betekent: Wees blij! Wees verheugd! Een eindje verderop in hfdst 2 lezen we waar die blijdschap haar oorsprong vindt. Het is 't beroemde vers uit het Kerstverhaal waar de engel tegen de herders zegt: "Vrees niet, want zie, ik verkondig u grote blijdschap die heel het volk zal ten deel vallen: U is heden de Heiland geboren (de Redder) in Bethlehem, de stad van David." Grote blijdschap.

Er is dus blijdschap omdat de Redder geboren is. Steeds merken we dat Lukas het woord blijdschap verbindt met de persoon en het werk van Jezus Christus. In de gelijkenis van de zaaier wordt het Woord van God (dat is Christus) met blijdschap ontvangen (8:13). Zachéus ontmoet de Here Jezus en ontvangt hem met blijdschap in zijn huis. Ook is de blijdschap nauw verbonden aan de doop. De kamerling uit Morenland wordt gedoopt en gaat verder zijn weg met blijdschap (Handelingen 8:39). En de gevangenbewaarder van Philippi wordt gedoopt met zijn hele huis en hij was blij, dat hij tot het geloof was gekomen (Handelingen 16:34). Blijdschap is onlosmakelijk verbonden met de persoon van Jezus Christus.

Als we nu teruggaan naar het Kerstverhaal, wordt er een heel duidelijke reden genoemd om blij te zijn. Het woordje omdat (Gr. hoti) is redengevend. Wees blij, omdat de Redder is geboren! Daar wordt onze blijdschap inhoudelijk gevuld. Jezus is de Redder. Nooit is een mens zo blij, dan wanneer het gaat om de redding van zijn leven. Al weer enige jaren geleden deed de NOS verslag van een kettingbotsing op de snelweg. Er stond een jonge man bij het wrak van zijn auto. "Hoe voelt dat?" vroeg de verslaggever. De jonge man zei: "Ik ben zo blij. Ik ben zo blij, dat ik er levend vanaf gebracht heb." Geen auto meer, maar toch... ik ben zo blij.

Als er mensen gered worden, dan verschijnt dat woord blijdschap bij Lukas. Daar is de gelijkenis van de verloren zoon in Lk 15. Als hij terugkeert, mag er wel van redding gesproken worden, anders was hij kwijt geraakt - verloren gegaan. De vader die op de uitkijk stond, is blij en wil feestvieren. De reden daarvan wordt ons al eerder meegedeeld in Lukas 15: Er is blijdschap in de hemel als gevonden wordt wat verloren was.

Dat Jezus een Redder is, blijkt ook uit onze tweede lezing uit Handelingen. Filippus trekt rond in Samaria en komt in een stad waar hij de Christus predikt. Ze laten zich dopen, dat staat in vers 12 en het gevolg blijft niet uit. Er komt grote (veel) blijdschap in die stad.

Die blijdschap laat zich wel verklaren. Daar worden mensen gered. Het is te horen en te zien. Boze geesten varen uit onder luid geschreeuw en lammen gaan weer lopen. Je kunt het zo samenvatten: De prediking van en de ontmoeting met Jezus Christus brengt bevrijding en genezing. En dat brengt veel blijdschap in de stad.

Er is bovendien nog een andere reden dat die mensen in die stad van Samaria blij zijn. Eindelijk zijn ze verlost van Simon de tovenaar. Tovenarij, magie, brengt angst, maar het evangelie brengt blijdschap. Als het evangelie gebracht wordt, klinkt er steevast een ‘vrees(t) niet'. Wees(t) maar niet bang. Je hoeft niet bang te zijn. Christus komt tot je met de zwakheid en kwetsbaarheid van een kind.

Er is nog iets waar ik op wijzen wil in verband met Handelingen 8. Vanwege de vervolging in Jeruzalem moeten veel christenen uitwijken. Zo komen ze ook in heidens gebied. Als Filippus daar de Christus verkondigt, komt het evangelie voor het eerst buiten de grenzen. De engel had het al gezegd: Blijdschap voor u, maar ook voor heel het volk en vul maar verder in: voor alle volkeren, voor heel de wereld. We hebben een zending in deze wereld: blijdschap brengen. Er kwam veel blijdschap in die stad, staat er in Handelingen 8:8. Kerstfeest vier je niet alleen in je eigen huis of in je eigen kerk. Je denkt daarbij vooral aan je stad, aan het land waar je woont, de wereld van vandaag.

Kerst is het feest van de evangelisatie. We staan in de dienst der verzoening ...in de dienst der bevrijding ...in de dienst der genezing. We prediken Christus. Zo brengen we veel blijdschap in de stad. Naar wij hopen ook in Harderwijk.

Het jaar is bijna ten einde en daarmee ook het Calvijn-jaar. Daarom wil ik nog een keer Calvijn aan het woord laten komen met wat hij zegt over Handelingen 8:8. "Blijdschap is een vrucht van het geloof (Gal. 5... vrucht van de Geest), want als we voelen dat God ons genadig is, kan het niet anders of onze harten moeten vervuld worden met een grote vreugde die alle beschrijving te boven gaat."

Kerst 2009. Geen vrolijkheid die hol klinkt van binnen, maar blijdschap die vervuld is van Gods goedheid. Amen.

 

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
spacer.png, 0 kB