spacer.png, 0 kB






spacer.png, 0 kB
preek 9 augustus 2009 PDF Afdrukken E-mail
Monday 10 August 2009

Preek gehouden in de Stadsdennenkerk op zondag 9 augustus in de morgendienst. De lezingen waren I Samuël 11 en Markus 1:9-13.

Gemeente van onze Heer Jezus Christus,
Vandaag sluiten we aan bij het rooster van de kinderdienst - verhalen uit I Samuël over Saul en David. Vorige week ging het over de zalving tot koning van Saul de zoon van Kis. Saul staat mij voor ogen als iemand die snel geïrriteerd en nogal impulsief was - met zijn speer wierp hij naar David toen deze voor hem op de harp speelde. Een wat onzekere figuur. Hij steekt met kop en schouders boven het volk uit. En als het lot op hem valt om koning te worden, verbergt die grote kerel zich tussen het pakgoed. Ook is hij wat onevenwichtig. Hij hakt zijn eigen runderen aan stukken, als hij hoort dat Nachas de inwoners van Jabes belegert.

Bovendien openbaar zich in het verdere van Sauls leven een fundamenteel gebrek aan vertrouwen op God. Het loopt - zoals we weten - ook niet zo goed met hem af. Hij pleegt zelfmoord. Het leven van Saul is voer voor psychologen. Wat dat betreft zou er een interessante studie over hem geschreven kunnen worden.

Niettemin zien we Saul in I Samuël 11 als de gezalfde van de Here en volop in de rol van verlosser. Hij is hier op één van zijn beste momenten een voorafschaduwing van de Messias. De Geest des Heren grijpt hem aan.

Eerst het verhaal. Een stukje bijbelse geschiedenis. Jabes lag in Gilead, aan de andere kant van de Jordaan, het Oost Jordaanland. Daar woonde ook Nachas, de koning van de Ammonieten, die de stad omsingelt en in wil nemen. Om het vege lijf te redden vragen de mannen van Jabes om een verbond. Dat wil Nachas wel. Dan wordt de stad schatplichtig en brengen ze belasting op! Maar Nachas stelt geen heilig, maar een onterend verbond voor! Hij zal een verbond sluiten op voorwaarde, dat hij alle mannen van Jabes het rechteroog uitsteekt. Zo worden ze voorgoed ongeschikt als boogschutters en kunnen zij zichzelf niet meer verdedigen. Nachas lacht. Hij legt een smaad op Israël. Jabes krijgt zeven dagen respijt. Dat is de arrogantie van de macht.

Maar dit gaat te ver voor de Here God, de God van het Sinaï-verbond, het verbond van de vrijheid. Hij verwekt een verlosser. Zijn Geest grijpt Saul aan. De schuwe Benjaminiet kruipt uit zijn schulp. Hij kan het geween en alle misbaar in het land niet langer aanhoren. Komend van het veld met een span ossen, reageert hij nogal primair en onbehouwen. Hij hakt zijn runderen aan stukken en stuurt boden het land door. De boer die niet met hem meevecht, zal zijn runderen op dezelfde manier verliezen en dus zijn land niet meer kunnen bewerken.

Voor de uitleg van dit bijbelverhaal is het wel belangrijk om te weten wat de naam Nachas betekent. Nachas betekent ‘slang'. Dat geeft aan de strijd van Saul en Israël een diepere dimensie. Het gaat om het verbond met God of met de slang. Het wordt een strijd op leven en dood. Israël trekt als één man ten strijde en er blijven niet twee Ammonieten bij elkaar... Saul komt onbetwist als overwinnaar uit de slag te voorschijn. Hij gedraagt zich als een loyale koning. Degenen die tegen zijn leiderschap waren worden niet gedood. Er is alom feest en vreugde en er worden vredeoffers gebracht voor de Here.

Eigenlijk is Saul hier, ook al valt hij later van zijn hoogt af, een beeld van Christus. Gods eer staat op het spel. Die zal niet worden ingeruild voor een vernederend verbond. In het midden van de tijd greep Gods Geest een andere Verlosser aan: Christus de Messsias. Hij streed ook voor zijn volk de strijd op leven en dood en overwon het kwaad. En op de dag van zijn overwinning gaat iedereen vrijuit, wordt de boze verslagen, is er vreugde alom en worden er offers van dankbaarheid aan de Here God gebracht. Dat is het evangelie van Jezus Christus onze Heiland, die ons verlost heeft van de boze en zijn heerschappij.

Waar het nu op aan komt, is dat we Nachas ontmaskeren als handlanger van de boze. De boze is er altijd op uit om een smadelijk verbond met ons te sluiten. Als je daar op in gaat, verlies je je rechteroog en je ziet het niet meer scherp. Je bent niet meer in staat om aan het kwade weerstand te bieden.

Nachas, de slang in het Paradijs zei: Doe wat ik zeg en je zult als God zijn. Het gevolg was dat de mens zijn onschuld verloor en voortaan in zonde moest leven. Dat is het grote verhaal van de val van de mens. Goethe heeft het in zijn Faust op zijn manier en onnavolgbaar beschreven. Mephistopheles (de boze) biedt Faust al zijn diensten aan, alle wetenschap en magie van de wereld, als hij maar een verbond met hem, met de boze sluit! Hoe verleidelijk! Om alles te weten en te kunnen en alles en iedereen te kunnen manipuleren! Maar wie dat doet verliest zijn oog en wordt verblind.

Het is Jezus die een ander antwoord gaf dan Adam of Faust. Veertig dagen in de woestijn werd hij verzocht door de Satan. Hij maakt van de stenen geen brood. Hij at niet het brood van de boze, maar leefde bij het Woord van God. Hij verzocht God niet, maar zijn devies was vertrouwen op God. Hij gaf niet toe aan de verleiding van de macht, maar bleef God aanbidden.

Hoeveel verleiding ligt er niet om ook vandaag een oneervol verbond aan te gaan met de boze - een verbond met haat, geweld en broedermoord, met liefdeloze macht en eigenbelang, met terrorisme en fanatisme. Laat jezelf niet vernederen! Laat je het rechtoog niet uitsteken. Roep de Koning te hulp. Hij zal je verlossen. Jezus Messias! Amen.

 

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB

spacer.png, 0 kB
spacer.png, 0 kB